Vous êtes ici ›Home› Dossiers
E-CALL: AUTOMATISCHE NOODOPROEPSYSTEMEN IN NIEUWE AUTO'S (JULI 2005)
De Europese Commissie en de constructeurs van voertuigen zijn op 3 februari 2005 overeen gekomen om vanaf 2009 alle nieuwe voertuigen in de Europese Unie uit te rusten met een noodoproepsysteem.
e-Call: automatische noodoproepsystemen in nieuwe auto’s
Reeds in augustus 2004 werd hiertoe een eerste aanzet gegeven met de
ondertekening van een intentieverklaring door de drie betrokken partijen
: de Europese Commissie, de vereniging van Europese auto-, bus- en vrachtwagen
constructeurs (ACEA) en ERTICO (1), een publiek-privaat partnerschap ter
bevordering van de invoering van intelligente verkeerssystemen.
|
Een studie uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie
heeft aangetoond dat het aantal dodelijke verkeersslachtoffers met
10% verminderd kan worden door de responstijd bij verkeersongevallen
te verkleinen. Een nauwkeurige positie van het ongeval is in 40%
van de oproepen niet voorhanden. Binnen de Europese gemeenschap
kunnen dus jaarlijks 4000 (1) mensenlevens gered worden mits een
infrastructuur die een snelle, liefst automatische, positiebepaling
van een ongeval doorgeeft aan de opgeroepen hulpdiensten.
|
Met de ondertekening van de intentieverklaring, het zo genaamde Memorandum
of Understanding, worden de eerste stappen gezet om autoconstructeurs,
telecomoperatoren, verleners van noodhulp maar ook de bevoegde instanties
van de Europese Commissie bij elkaar te brengen. Samen definiëren
ze een gemeenschappelijk kader voor e-call met daaraan gekoppeld een tijdschema.
Dit initiatief past uiteraard in de bredere doelstelling van 2001 om
een halvering van het aantal dodelijke slachtoffers tegen 2010,
te bekomen. Naast actieve veiligheidsmaatregelen (ongevallen voorkomen)
en passieve maatregelen (gevolgen verminderen), vormt het e-call
systeem het derde luik van maatregelen die onze dagelijkse mobiliteit
veiliger maken en moet vrijwaren voor de komende jaren.
|
|
Onderzoek in het kader van E-merge project toont aan dat zeer veel tijd verloren
gaat bij mondelinge communicatie van de persoon die het ongeval meldt
en de noodhulp centrale. Om voor de hand liggende redenen zoals stress
en het niet vertrouwd zijn met de omgeving, neemt de melding teveel tijd
in beslag en kan de lokatie bovendien slechts met beperkte nauwkeurigheid
genoteerd worden.
Resultaten van de STORM (2) studie tonen aan dat kostbare tijd gewonnen
wordt door positiegegevens te combineren met het gesproken bericht.
De effecten van actieve en passieve veiligheidsmaatregelen hebben de
veiligheid van voertuigen aanzienlijk vergroot. Ondanks toenemende mobiliteit
zien we dat deze inspanningen bijdragen tot een vermindering van verkeersslachtoffers.
|
FEBIAC is van mening dat ook een snelle en nauwkeurige
interventie van de diverse hulpdiensten een positieve bijdrage kan
leveren tot de verkeersveiligheid in het algemeen en bovendien essentieel
is om de doelstelling van de Belgische regering (halvering van het
aantal verkeersslachtoffers in België in 2010) te behalen.
|
Daarom vragen wij dat de Belgische overheden hun steun expliciet
toezeggen aan het Europese e-call project door :
- De communicatie-infrastructuur van de diverse noodhulpdiensten onder
de loupe te nemen.
- De dienstverleners van mobiele communicatie in België aan te
sporen om hun infrastructuur open te stellen, eventueel aan te passen,
om positiebepaling van noodoproepen mogelijk te maken.
- Werk te maken van regelgeving die de wet op privacy aanvult ten einde
de positiegegevens van noodoproepen beschikbaar te maken voor het Europese
E-call netwerk.
(1) ETSC rapport: Transport Safety Performance in the EU
– A statistical overview 2003 (2001 statistics)
(2) STORM: Stuttgart Transport Operation by Regional Management
Het
volledige dossier "e-Call: automatische noodoproepsystemen in nieuwe auto’s
" downloaden in PDF-formaat.